Cookie beleid ASC

De website van ASC is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

ASC-ers door de ogen van een trainer: “aardige gasten, maar trainen ho maar!”

ASC-ers door de ogen van een trainer: “aardige gasten, maar trainen ho maar!”

25 december 2019 9:45


In 1941 was Everaldus (Eef) Roelof Ruisch (geboren in Dordrecht op 26 juli 1906, waar hij op 24 oktober 1976 overleed) korte tijd trainer van ASC. Eef was als voetballer bepaald geen kleine jongen, want hij kwam als aanvaller uit voor het eerste van D.F.C. en speelde tussen 1926 en 1928 in totaal zeven keer voor het Nederlands elftal, waarbij hij twee doelpunten maakte tegen Zwitserland.

                            
Eef Ruisch, de speler                                                         

Behalve bij ASC, was Eef ook o.m. actief als trainer bij Be Quick Groningen, UVV Utrecht, Zeeburgia Amsterdam, DHC Delft en Longa Tilburg. Destijds zeker geen kleine clubs!

In juli 1941 vertrok Eef als trainer van ASC naar Be Quick in Groningen, hetgeen voor hem een promotie betekende. Voor ASC betekende het vertrek van Eef een groot verlies. Het bestuur van ASC was van mening dat zijn vele goede eigenschappen in het hoge noorden veel beter tot uiting zouden komen dan bij ASC het geval was. Hij zou er ongetwijfeld beter spelersmateriaal vinden dan een derdeklasser als ASC hem kon bieden. Bovendien had Eef een broertje dood aan gemakzucht en daarom was de geringe animo op de trainingen voor hem een grote teleurstelling.

In z’n afscheidsbrief zei Eef hier het volgende over: “In mijn betrekkelijk korte ASC-tijd zijn geen ‘denderende’ dingen gebeurd, maar ik prijs er mij gelukkig om, dat ik in die tijd vele goede sportvrienden heb kunnen maken. Want al is de doorsnee ASC-er, een enkele uitzondering daargelaten, bezien van het standpunt van de trainer, lang geen volmaakt opofferingsgezind voetballer; al heeft hij veelal lak aan alom geldende voorschriften, de training betreffende, hij is een goed sportvriend en een goed sportkameraad. Al was de opkomst op de trainingstijden soms matig, ja, soms zelfs slecht te noemen, dat neemt niet weg, dat het verloop van die avonden altijd even prettig en geanimeerd is geweest!

Noot van de redacteur: hoe meer ik mij verdiep in het sportieve verleden van ASC, hoe vaker ik dit soort bewoordingen zie terugkomen. Zou ‘gezellige gemakzucht’ dan toch een onlosmakelijk onderdeel van onze clubcultuur zijn?


Eef Ruisch, de trainer 

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!